Welke signalen zorgen ervoor dat je ergens aandacht aanschenkt?

 

We krijgen per dag heel veel prikkels binnen, maar niet al deze prikkels kunnen verwerkt worden. Er wordt dus door de hersenen aan sommige prikkels voorrang gegeven.

Dit valt goed uit te leggen met een Saliency map. Een Saliency map is een model uit de neurobiologie en psychologie dat beschrijft hoe opvallende details van de visuele omgeving in de hersenen met voorrang worden behandeld. Opvallende details kunnen hierin zijn: afwijkingen in vorm, oriëntatie, kleur of beweging van objecten ten opzichte van hun omgeving.

De opvallende details worden sneller opgemerkt dan minder opvallende objecten. Een voorbeeld hiervan zie je bij figuur 1.


figuur 1

Hier zie je 2 vlakken met donkerblauwe cirkels. Als eerst valt de rode cirkel in het rechtervlak op en daarna pas de lichtblauwe cirkel in het linker vlak. De rode cirkel wordt als eerste verwerkt door de hersenen, omdat deze opvallender is ten opzichte van de lichtblauwe cirkel. Er zit meer contrast tussen de rode cirkel en de donkerblauwe cirkels dan tussen de lichtblauwe cirkel met de donkerblauwe cirkels.

De Saliency map is een invloedrijk model van de automatische verwerking van visuele prikkels. Dit wordt soms ook aangeduid als exogene, reflexmatige of passieve aandacht.

Volgens het model van Koch en Ullman weten de hersenen bij een overvloed aan prikkels er toch snel en moeiteloos de meest belangrijke prikkel of informatie uit te halen.  In het geval van ons voorbeeld is dat de rode cirkel. Nadat deze gevonden en geselecteerd is, vindt er een onderdrukking van de neurale activiteit plaats die met deze locatie van de prikkel is geassocieerd. Hierdoor valt de rode cirkel minder op en dan pas zie je de cirkel met de op een na hoogste waarde in opvallendheid: de lichtblauwe cirkel. Dit herhaalt zich telkens, totdat de hele scene geinspecteerd is.

In het geval van figuur 1 zal dit proces zich waarschijnlijk maar 3 keer herhalen: een keer voor de rode cirkel, een keer voor de lichtblauwe cirkel, en als laatst voor de donkerblauwe cirkels.

Zou de rode cirkel in figuur 1 plotseling vervangen worden door een paarse cirkel, zou dit veel minder snel opgemerkt worden als wanneer er nog een extra cirkel bijkomt. Het maakt niet uit welke kleur deze dan is en hoe groot. Dit komt door het verschijnsel van inhibitie van terugkeer. Dit houdt in dat als de rode cirkel al een keer eerder is geselecteerd, de terugkeer van aandacht naar dezelfde locatie wordt afgeremd of vertraagd. Dit is natuurlijk zodat er andere locaties ook opvallen, anders zou je alleen de rode cirkel zien. Bij een nieuwe locatie wordt er niks vertraagd, dus zal de nieuwe cirkel op de nieuwe locatie veel sneller opvallen.

Hierbij kan het voorbeeld van het routine-rijden ook verhelderend werken. Als je aan het autorijden bent en tegelijkertijd een gesprek voert, is de meeste aandacht op dat moment bij het gesprek. Zodra er iets verschijnt op een nieuwe locatie, bijvoorbeeld een (overstekende) fietser, zal je dit heel gauw opmerken doordat je een nieuwe, meest opvallende prikkel krijgt. Hierdoor wordt het gesprek minder belangrijk en verslapt de aandacht bij het gesprek. Die prikkels worden als het ware onderdrukt, zoals ook het geval was bij de situatie in figuur 1.

Hoe het precies te werk gaat, is een proces dat bijna niet te achterhalen valt. Er wordt gedacht dat aan dit proces een netwerk van neuronen in de hersenen ten grondslag ligt. De neuronen zouden onderling een soort van competitie aangaan waarbij er een winnende locatie uitkomt: degene met het meest opvallende element. Dit proces noemen ze ook wel winner-take-all genoemd. Het is erop gericht om het meest opvallende element te vinden in een verzameling elementen.

Er is een grote kans dat de neuronen die hierbij een rol spelen, vooral een deel uitmaken van een circuit in de hersenen dat de oogbewegingen aanstuurt. In dit circuit bevinden zich structuren in de laterale pariëtale schors, het pulvinar, de colliculi superiores en de frontale oogvelden. Het pulvinar vindt zich plaats achterin de kern van de thalamus. Het ontvangt onder andere de invoer van de colliculi superiores. De functie van het pulvinar is het samenvoegen van sensorische informatie. Vanuit de thalamus gaat het naar de hersenstam. Dit circuit zou de visuele gebieden als V4 versterken.

Natuurlijk ligt het er ook aan welke soort aandacht je op dat moment toepast. Als je volgehouden aandacht toepast, gaan er veel dingen langs je heen. Je sluit je er volledig voor af. Er zal dan niet snel een belangrijkere prikkel door je focus heenkomen.