In hoeverre wordt informatie waar niet de aandacht op is gevestigd toch onbewust verwerkt door de hersenen?

 

Je verwerkt op een dag heel veel verschillende signalen en prikkels, al verwerk je deze niet allemaal bewust. Je ziet altijd meer dan waar je je aandacht op vestigt. Zoals nu, je aandacht is nu gericht op deze tekst. Maar je ziet niet alleen deze tekst, je ziet ook de rest van je beeldscherm en de gebeurtenissen en/of objecten om je heen.

Men denkt dat het bewuste brein veel belangrijker is dan het onbewuste deel, het onbewuste brein ziet men als ondergeschikt. Dit is echter totaal niet het geval, de verwerkingscapaciteit van ons onbewuste brein is maar liefst ±200.000 keer zo groot als die van het bewuste brein! Er wordt dus heel veel informatie onbewust verwerkt. Je ziet veel meer dan waar je je aandacht op richt. Het is het geval dat je maar 30 graden om je heen ziet als je ergens naar kijkt. Dit is dus het deel waar je je aandacht op richt. Je ziet alleen veel meer dan waar je je aandacht op richt, probeer maar eens zonder je ogen of hoofd te bewegen te kijken wat je nu allemaal kan zien. Als het goed is kan je ongeveer 180 graden om je heen zien! Dit heeft je onbewuste brein allemaal te verwerken.

Een ander voorbeeld, niet visueel, is je hand terugtrekken omdat je je hand op een gloeiend heet fornuis legt. Dit is een reflex en gebeurt geheel onbewust. Je hebt je hand al teruggetrokken voordat je uberhaupt pijn voelt.

Terwijl deze reflex zich voordoet, kan je aandacht bij iets heel anders gelegen hebben, zoals een pak rijst van het aanrecht pakken. Je aandacht is hierbij dus niet op het fornuis gericht. Dit is vooral het geval in onverwachte en gevaarlijke situaties. Daarbij zijn reflexen van heel groot belang.

De informatie die we onbewust verwerken worden wel vaker gebruikt, blijkt uit onderzoek van de UvA-onderzoekers Jacob Jolij en Victor Lamme. Dit blijkt uit een artikel in het vaktijdschrift ‘Proceedings of the National Academy of Sciences’. Zij hebben een onderzoek gedaan naar wanneer je de onbewuste informatie gebruikt in een normale situatie.

Aan de proefpersonen worden gezichten met verschillende gezichtsuitdrukkingen aangeboden. In het begin werd dit voor een langere tijd gedaan, hierbij konden ze allemaal met zekerheid zeggen welke gezichtsuitdrukkingen de gezichten vertoonden. Dit kwam omdat ze hierbij vooral gebruik maakte van bewust verwerkte informatie.

In het tweede deel werd hetzelfde gedaan, alleen werden de gezichten af en toe een tijdje onzichtbaar gemaakt. Hierdoor werd het niet meer bewust verwerkt en waren de mensen een stuk minder zekerder van zichzelf. Ze konden zelfs meestal geen antwoord geven, omdat ze zo erg aan het twijfelen waren. Hierbij werd gebruik gemaakt van de onbewust verwerkte informatie.

De studie van Jacob Jolij en Victor Lamme lijkt te bevestigen dat de hersenen emotionele informatie van een visuele prikkel via twee verschillende routes verwerken, namelijk een langzame route en een snelle route. De langzame route gaat via de hersenschors en zorgt er dus voor dat deze bewust verloopt. De snelle route slaat de hersenschors over, wat tijd bespaart en dit zorgt voor een snelle, onbewuste reactie op dus bijvoorbeeld bedreigende situaties zoals wij al eerder aangaven. De snelle route is dus de reflex.

De studie van Jacob Jolij en Victor Lamme heeft duidelijker gemaakt wat deze snellere route nu precies veroorzaakt in normale omstandigheden. Het was alleen bekend dat deze route gebruikt werd voor reflexen, maar nu is het ook beter bekend wat er gebeurd in de normale omstandigheden. Uit de snelle route komt alleen maar grove informatie, normaal doe je hier niks mee als er ook nauwkeurige informatie van de langzame route beschikbaar is. Alleen in omstandigheden dat de nauwkeurige informatie (een langere tijd) afwezig is, ga je de onbewuste informatie gebruiken. Dit is dus het geval in het experiment van Jacob Jolij en Victor Lamme.